Paardenmest is voor sommigen misschien niet zo aantrekkelijk, maar voor de paardenhouder is het een belangrijke bron van informatie over het welzijn van het paard. Aan de paardenpoep kun je zien of je paard wel het juiste voer krijgt, of het voer voldoende afbreekt en of het spijsverteringskanaal goed functioneert. In sommige gevallen kan ook wormbesmetting worden gezien.
Feiten over paardenmest
Een paard van 500 kilo produceert dagelijks ongeveer 25 kg. Mest. Dat is 9 ton per jaar! Een paard mest ongeveer 12 keer per dag, met tussenpozen van ongeveer 2 uur. Het duurt meestal 3 tot 4 dagen voordat het paard het voer dat gegeten is achterlaat als mest.
Beoordeling van de mest
De paardenmest moet regelmatig worden onderzocht om veranderingen in het welzijn van het paard beter te kunnen beoordelen. Je kunt denken aan de kleur, grootte en stevigheid van de mest, maar ook aan de geur. De kleur van de mest is direct gerelateerd aan het voer. De mest heeft de neiging groen te worden als hij op gras wordt gevoerd en geelbruin als hij op hooi en haver wordt gevoerd. Als er een zwarte of gele kleur of bloed en slijm wordt waargenomen, moet onmiddellijk de dierenarts worden geraadpleegd. Een zwarte kleur kan wijzen op een darmbloeding of een ontsteking van het maagslijmvlies. Het daarom altijd het beste om even stil te staan bij hoe de voeding op dat moment er uitziet om eventueel verbanden te kunnen herkennen. Bij een gezond paard is de mest meestal groenbruin, matig vochtig en licht glanzend. De geur is niet stinkend en ook niet zuur. Harde mest geeft aan dat paard moeilijk mest, dit wordt meestal veroorzaakt door het voeren van te veel krachtvoer, te weinig voedselopname, of bij spijsvertering-stoornissen. Te zachte mestconsistentie komt vaak voor tijdens weideseizoen. De consistentie is dan vaak te danken aan eiwitrijk, vezelarm sapvoer. Een verhoging van goed ruwvoer kan al een verbetering brengen. Als er geen verbetering is, kan een onderzoek van het spijsverteringskanaal worden overwogen. Maar ook stress in de vorm van opwinding, nervositeit, veranderingen, kan leiden tot verandering in paardenmest.